Radiostation ‘Het Brein’

De golflengtes van hersenactiviteiten kunnen ons meer inzicht bieden in de werking van het brein.

Elektrische stroompjes die door de neuronale netwerken van het brein stromen, veroorzaken elektrische golven. Dit is vergelijkbaar met hoe radiosignalen werken. De snelheid waarmee de elektrische stroompjes worden afgevuurd bepaalt de frequentie of golflengte (uitgedrukt in hertz) van een hersenactiviteit. Technologische ontwikkelingen maken het mogelijk de signalen steeds beter te ontvangen. De electroencephalography, of EEG, wordt al geruime tijd gebruikt. Het meet de hersensignalen met behulp van elektrodes op de scalp. Nieuwer is de electrocorticography, of ECoG. Deze werkt met elektrodes die direct op de hersenen geplaatst kunnen worden.

Het spreekt voor zich dat de ECoG ingewikkelder is om aan te brengen, maar het levert veel meer en gedetailleerdere informatie op. Zo meet de EEG bijvoorbeeld frequenties tot ‘slechts’ 40 hertz, terwijl de ECoG tot 500 hertz kan meten. Bovendien kan met de ECoG nauwkeuriger worden vastgesteld waar de signalen uit de hersenen vandaan komen.

Tijdens een recent onderzoek hebben wetenschappers met behulp van de ECoG bestudeerd wat er gebeurt met de hersenactiviteit wanneer iemand op een operatietafel door de verdoving buiten bewustzijn raakt en wat er gebeurt wanneer de patiënt later weer bijkomt. Ze zagen dat enkele lage frequenties gelijk bleven tijdens het verdoven. Tevens zagen ze dat bepaalde verhoudingen tussen enkele hoge en lage frequenties niet veranderden – de onderzoekers vermoeden dat deze activiteiten te maken hebben met het geheugen. Verder namen ze waar hoe een bepaalde serie veranderingen plaatsvond tijdens het verdoven en dat deze serie in precies de omgekeerde volgorde zich herhaalde wanneer de patiënt weer bijkwam. Tijdens een andere studie namen de wetenschappers waar hoe verschillende activiteiten van hetzelfde hersendeel verschillende frequenties van de signalen tot gevolg hadden.

Om de fysiologie van het brein beter te leren begrijpen werd tot nu toe voornamelijk onderzocht wanneer en waar bepaalde hersenactiviteiten plaatsvinden. Technologische ontwikkelingen, zoals bijvoorbeeld die van de ECoG, bieden steeds meer de mogelijkheid te onderzoeken hoe de activiteit plaatsvindt. Het blijkt dat ook de golflengte van de hersenactiviteit een bepalend kenmerk is om de fysiologie van het brein te leren begrijpen.

Bron: Wustl

[Commentaar van Joost: Het is een gouden eeuw voor wetenschappelijk onderzoek naar het brein. We leren steeds meer, maar weten nog weinig. Tegelijkertijd heeft Neuro-Linguïstisch Programmeren (NLP) een heel eigen kijk op de werking van het brein. Deze visie is niet wetenschappelijk, maar wel effectief in de praktijk. Steeds meer worden onderdelen bevestigt door neurowetenschappers zoals bijvoorbeeld tijdslijnen, de plasticiteit van het brein en de werking van hypnose. Om meer inzicht te geven in de originele ideeën van NLP over het brein heb ik het relevante deel uit mijn standaardwerk over NLP “Breintraining: handboek voor moderne NLP” in het onderstaande gratis rapport gevat dat je op kan vragen wanneer je dat wilt.]