Nieuw onderzoek suggereert dat mensen die in een vegetatieve toestand verkeren, meer bij bewustzijn zijn dan tot nu toe werd aangenomen. Eén patiënt tijdens de studie kon een aantal vragen die hem gesteld werden correct beantwoorden.

Het onderzoek onderstreept hoe moeilijk het is mensen in deze staat te diagnosticeren en hoe nieuwe technologieën uitkomst kunnen bieden. Het opent tevens nieuwe mogelijkheden om te communiceren met hen waarvan tot nu toe is gedacht dat ze bewusteloos waren. En het roept ethische en filosofische vragen op met betrekking tot de definitie van bewustzijn en hoe dat beoordeeld moet worden.

In 2006 was er al onderzoek gedaan op een patiënt die een aantal maanden na een auto ongeluk geen tekenen van bewustzijn vertoonde. De fMRI scanner liet zien dat hij mentaal actief was waardoor onderzoekers konden zien dat hij reageerde op opdrachten en vragen. Nieuw onderzoek borduurde voort op deze ontdekking.

Er zijn verschillende afwijkingen van bewustzijn geïdentificeerd die vaak foutief coma’s genoemd worden. Een coma duurt normaal gesproken een aantal dagen of weken. Daarna wordt de patiënt wakker, of zakt hij in een vegetatieve toestand (waarin hij volledig onbewust is van zijn omgeving) of in een minimaal bewuste toestand (waarin hij soms lacht, huilt, objecten probeert te pakken of zelfs reageert op eenvoudige vragen). Aan het bed stelt een arts een diagnose vast aan de hand van neurologische testen waarmee het niveau van het bewustzijn voor zover te beoordelen zijn.

In de nieuwe studie werden patiënten in vegetatieve toestand of in minimaal bewuste toestand gevraagd te denken aan tennissen – een motorieke taak – of aan een wandeling door de straten van een bekende stad of door hun eigen huis – een ruimtelijke taak. Bij gezonde mensen zullen tijdens deze taken specifieke delen van de hersenen geactiveerd worden. De taken zelf zijn cognitief complex: de patiënt moet de opdracht begrijpen, het blijven onthouden tijdens de oefening, en het gevraagde visualiseren. Het bleek dat 5 van de 54 patiënten gecontroleerd hun hersenen activeerden. Ofschoon dit slechts een klein percentage is, toont het wel aan dat mensen die geen uiterlijke tekenen geven van bewustzijn, toch een zeker bewustzijn hebben.

Op één patiënt werd de proef verder uitgewerkt. Het motorieke en het ruimtelijke zijn twee herkenbare delen in de hersenen. Door de patiënt aan te leren dat hij aan tennis (motoriek) moest denken als zijn antwoord ‘ja’ was en aan zijn eigen huis (ruimtelijk) als het antwoord ‘nee’ was, konden de onderzoekers hem een paar vragen stellen waar hij op kon antwoorden. De fMRI scanner liet de activiteit in de betreffende hersendelen zien op het moment dat hij antwoord wilde geven, waardoor de onderzoekers konden zien of het antwoord ja of nee was.

De uitkomst van de studie suggereert dat sommige patiënten misschien mee kunnen beslissen over hun medische behandeling. Echter, de ontdekking zal nog goed onderzocht moeten worden op wetenschappelijk, ethisch en juridisch gebied. Zo blijft onduidelijk hoe bewust de patiënten echt zijn. In geval van hersenbeschadiging is het moeilijk te achterhalen hoeveel effect de beschadiging op de cognitieve functies heeft. Bovendien kunnen patiënten het ene moment meer bij bewustzijn zijn, dan het andere moment. In geval van complexe vragen is moeilijk te achterhalen of de patiënt de vraag echt begrijpt en tijdens het hele denkproces bij bewustzijn blijft.

Het gebruik van de fMRI scanner is erg duur, tijdrovend en technisch lastig te realiseren. Er wordt nu gezocht naar goedkopere, efficiëntere manieren. Het ziet ernaar uit dat deze mogelijkheden relatief snel zullen komen. In de medische wereld is een gevoel van druk. Het zou goed kunnen dat een aantal patiënten zich wel degelijk bewust zijn van hun omgeving, in tegenstelling tot wat men tot nu toe heeft aangenomen. Men wil snel weten hoe betrouwbaar de patiënten kunnen communiceren. Ook wil men andere communicatiemethoden vinden.


Bron: Technology Review

[Commentaar: We staan aan de vooravond van een biomedische revolutie die de komende dertig jaar ervoor gaat zorgen dat we veel gezonder blijven en langer in goede gezondheid blijven leven. Wat dat betreft zijn de mensen die vandaag de dag leven een overgangsgeneratie. Het is dus zaak om zo gezond als mogelijk te blijven. Daarvoor is het cruciaal om plezier te maken, te ontspannen en vrij te zijn van problemen zoals angst, stress of verdriet. Maar gezonde voeding is ook van groot belang. Speciaal hiervoor heb ik een gratis rapport gemaakt waarin de belangrijkste afwegingen staan rond het al dan niet slikken van multi-vitamines. Wanneer je meer wilt weten over de wetenschappelijke onderbouwing van multi-vitamines, vraag dan het onderstaande rapport op.
Categories: Breinnieuws

No comments

The author does not allow comments to this entry